
Geschreven door Fien- DNA Amsterdam 2025
De afgelopen weken zijn wij, DNA Amsterdam, flink uitgedaagd. We werkten met verschillende docenten, ieder met een eigen blik op acteren en hun beste werkwijze. Eén ding is zeker: we hebben veel geleerd maar in veel spelers zat ook nog een tweestrijd. Je wilt waarachtig overkomen, origineel zijn, aandacht trekken, spanning vasthouden, mensen boeien, inspireren, het verhaal goed vertellen, ontroeren, het klein houden — maar jezelf ook blijven verrassen. Wekenlang hebben we al die informatie als sponzen opgenomen, en er hing een grote tekstwolk boven de groep met het woord: “HELP.”
En toen was daar Michiel.
Michiel begon met de vraag: “Waar ben je al goed in, en waar heb je moeite mee?” Bij elk antwoord wist hij direct wat we konden doen. Daarna gingen we de vloer op en begonnen te bewegen. We deden een oefening waarbij we drie ballen moesten overgooien, op elkaars naam moesten reageren én een schriftje doorgeven in de kring, allemaal tegelijk. Onze overvolle hoofden konden zich daardoor nog maar op één ding richten: de oefening zelf.
Michiel vertelde dat we zouden werken aan elementair spel: een basisvorm van acteren waarin fysieke, instinctieve reacties centraal staan. Simpel spel vanuit impulsen. Uit het hoofd, in het lichaam.
We begonnen met een diagonale lijn waarbij twee spelers elkaar ontmoetten met een simpele “Hoi”. Die ontmoeting veranderde telkens door kleine aanpassingen in fysiek, stemgebruik en situatie. Het werd duidelijk dat zelfs minieme verschillen een groot effect hebben op hoe de scène wordt ervaren, zonder er ingewikkeld over na te denken.
Daarna onderzochten we waar de spanning zit tussen twee mensen. Door recht tegenover elkaar te staan, ontstond natuurlijke spanning, die volledig wegviel zodra je je van de ander afwendde. Vanuit daar improviseerden we.
De opdracht was: “Ik wil geen tak, tak, tak zien.” Daarmee bedoelde Michiel dat improvisaties vaak te netjes zijn: eerst zegt de een iets, dan de ander, alsof er op elkaar wordt gewacht. We experimenteerden met fysieke bewegingen waarmee je aan zet blijft; jij bepaalt wat er gebeurt. Voor de ander lag de focus op ontvangen: kijken, observeren vóór je reageert.
Opnieuw werd duidelijk dat kleine fysieke impulsen een scène compleet kunnen veranderen, zonder woorden.
Michiel verraste ons weer. We moesten stilstaan met gesloten ogen en het plafond, de deur of de ramen beschrijven. Dat ging bijzonder slecht. We werden wakker geschud: hoeveel details we als mens én speler missen.
Zijn boodschap: kijk beter. Observeer meer. Dan valt er veel meer te spelen.
We gingen dieper in elementair spel met een oefening waarin we een parcours moesten afleggen met schakels en overgangen: binnenkomen, iets zien, iets horen, iets vinden, ergens naartoe kijken, weggaan en toch nog even omkijken.
Het allerbelangrijkste was:
“It’s not about how to get from A to B, but how to be in A.”
Elke schakel moest duidelijk en schoon gespeeld worden. Het parcours eindigde in een improvisatie waarin alles samenkwam. Dat ging niet meteen vlekkeloos.
“Oefenen, oefenen, oefenen,” zei Michiel. En dat deden we.
De volgende les begonnen we weer met een fijne opwarming: uit het hoofd, in het lichaam, contact maken met elkaar. Michiel nam ook individueel tijd: Hoe heb je de oefening ervaren? Wat deed het met jou? Alles daarin was goed.
We oefenden weer het elementaire parcours, dat uitmondde in improvisatie. We merkten directe verbetering: we begonnen het te doorgronden.
We kregen de opdracht om thuis een tekst voor te bereiden, met Michiels gouden tip:
“Leer je tekst op zoveel mogelijk manieren.”
Bij deze opdracht mochten we de scène helemaal omgooien door drie grote schakels toe te voegen en realisme los te laten. Dat was echt lekker spelen: niet bang zijn om niet goed te zijn, maar durven, doen, verrassen, jezelf en elkaar. Maak een bewuste keuze en duik erin.
Bij de laatste les deden we een fysieke én vocale warming-up. Samen vormden we een grote klankschaal. Niet om mooi te zingen, maar om te luisteren en toe te voegen. Het werd een bijzondere ervaring. Je stem is een kwetsbaar deel van jezelf. Dat samen delen was heel waardevol.
We werkten aan positionering. Kies bewust een plek in de ruimte en wees dienstbaar aan de scène. Een goede positie kan een simpele beweging of tekst enorm versterken. Fascinerend om te zien.
Het elementaire spel ging deze les al veel beter. De kwartjes vielen. De opdrachten werden begrepen. Alles wat Michiel ons had aangereikt, viel samen.
Michiel daagde ons nog één keer uit met tekstbehandeling. We werkten met klemtonen en onderzochten hoe je spanning kunt opbouwen naar een specifieke zin. Een scène kan compleet veranderen, alleen al door waar je de nadruk legt.
Hij bracht ons terug naar het lichaam, impuls en aanwezigheid. Hij liet ons zien hoe een kleine beweging een wereld van verschil kan maken. En hij daagde ons echt uit met alles wat elementair spel omvat.
De allerlaatste oefening was jezelf voorstellen:
“Hoi, ik ben …. en ik ben ACTEUR.”
Michiel benadrukte hoe belangrijk het is jezelf serieus te nemen, ook al weet je soms niet wat je aan het doen bent.
Als afsluiting spraken we uit wat we in elkaar bewonderden als acteur. Een prachtig moment — na al het leren, oefenen en corrigeren — om stil te staan bij wat we al goed kunnen.
Tot slot:
Michiel was precies wat wij als klas nodig hadden. Het was fantastisch.
Michiel, dankjewel voor alles.